Herfstanemoon – de juiste standplaats voor een rijke bloei
Herfstanemoon (Anemone hupehensis of Anemone tomentosa) hebben het graag zo zonnig mogelijk. In halfschaduw vormen ze minder bloemen en worden de struiken niet zo compact. De vaste planten groeien ook onder kleine bomen, maar hier kantelen de bloemen graag in de richting van het licht.
De juiste standplaats voor de Herfstanemoon
* Zonnig tot halfschaduwrijk
* Onder lichtdoorlatende struiken
* Plant nooit onder coniferen
* Beschut tegen de wind
* Doorlatende, luchtige grond
* Licht zure bodem
Herfstanemonen worden ook wel Windrozen genoemd. Toch houden ze helemaal niet van koude wind. Bescherm deze tedere vaste planten door ze van een windscherm te voorzien of ze voor een muur te planten.
De grond moet goed waterdoorlatend zijn en rijk aan voedingsstoffen. Rondom de plant moet regelmatig en zorgvuldig worden gehakt, zodat het oppervlak onkruidvrij blijft en de grond luchtig blijft. Zorg er bij het hakken voor dat je de wortels en vooral de kleine scheuten niet beschadigt.
Plant nooit onder coniferen
De bodem onder coniferen heeft een zeer lage pH-waarde. Door naalden af te werpen, wordt de grond extra verzuurd. Herfstanemonen kunnen zich dan niet goed ontwikkelen.
Kiest u voor Herfstanemonen in groepen in de border of als solitaire vaste plant?
Als u uw vaste planten border met Herfstanemonen wilt aanplanten, moet u kiezen voor variëteiten Anemone tomentosa. De herfstanemonen kunnen beter tegen een halfschaduwrijke standplaats.
Afstammelingen van de Anemone hupehensis groeien daarentegen beter als solitaire planten. Plant ze op een plek waar de vaste plant van alle kanten licht ontvangt. Deze variëteit doet het vooral goed op afscheidingen.
Tips & Trucs
Om hun volledige hoogte te bereiken, moeten herfstanemonen minstens twee jaar op één stanplaats staan. Pas dan zijn ze echt winterhard en hebben ze geen winterbescherming meer nodig.
Kenmerken herfstanemoon |
|
|---|---|
| Latijnse naam | Anemone |
| Plantenfamilie | Ranunculaceae |
| Grondsoort | Goed doorlatende, humusrijke grond |
| Standplaats | Volle zon tot lichte schaduw, afhankelijk van de soort |
| Hoogte volgroeide plant | Varieert afhankelijk van de soort (meestal tussen 15 cm en 150 cm) |
| Breedte | Varieert afhankelijk van de soort |
| Bloemkleur | Diverse kleuren, waaronder wit, roze, blauw en paars, afhankelijk van de soort |
| Bloeitijd | Afhankelijk van de soort, maar over het algemeen in het voorjaar tot de vroege zomer of late zomer tot de herfst |
| Bladkleur | Groen, soms met herfstkleuren |
| Bladvorm | Variabel, vaak diep ingesneden of handvormig |
| Bladgrootte | Varieert afhankelijk van de soort |
| Planttijd | Voorjaar of herfst, afhankelijk van de soort |
| Waterbehoefte | Gemiddeld |
| Windgevoeligheid | Matig windbestendig |
| Winterhardheid | Over het algemeen goed winterhard |